In drie stappen naar een gretig team

Het belang van een groeimindset op individueel niveau is bij de meeste trainers-coaches wel bekend. Een groeimindset betekent dat een sporter erin gelooft dat hij zijn talent kan ontwikkelen. Hierdoor gaat hij uitdagingen aan, is hij niet bang om fouten te maken en zet hij door als het tegenzit. Met als gevolg dat hij zich op de lange termijn sneller ontwikkelt dan zijn teamgenoot met een fixed mindset.

Waar sporters met een groeimindset geloven dat ze hun talent kunnen ontwikkelen, hebben sporters met een fixed mindset de overtuiging dat hun talent is aangeboren en daarom vast staat. Ze geloven dat veel trainen niet zoveel zin heeft. Ze gedragen zich volgens deze overtuigingen: ze zetten zich in wanneer ze denken dat ze ergens goed in zijn, en werken minder hard wanneer een oefening of tegenstander een uitdaging is. Ze bang zijn om te falen en ze geven sneller op bij tegenslag. Maar wist je dat sportteams ook kunnen last kunnen hebben van een fixed mindset? In dit blog lees je er meer over.

‘Meer zit er niet in’

Ook teams kunnen last hebben van een fixed mindset, dat wil zeggen: op teamniveau. Hierbij gaat het er niet om dat individuele teamleden geloven dat hun eigen talent vaststaat en dat oefenen maar tot zekere hoogte zinvol is. Het gaat om het geloof van de teamleden in de capaciteiten van het team als geheel. Het geloof dat ‘dit is wat er inzit in dit team’ en ‘beter dan dit gaan we niet worden’. De overtuiging dat andere teams nu eenmaal beter zijn en dat dit team nooit beter zal presteren dan het in de afgelopen maanden of seizoenen heeft laten zien.

Het effect van deze overtuigingen op het team is groot. De sporters komen naar de training om te trainen. Gewoon, om de oefeningen te doen die de trainer heeft bedacht en de tactiek door te nemen die aansluit op de speelwijze van de volgende tegenstander. Er is weinig energie en bij uitdagende teamoefeningen zetten ze zich voor 50% in. In de wedstrijden laten ze hun koppies snel hangen als het tegenzit. Er is een self-fulfilling prophecy ontstaan: wat het team al verwachtte, komt uit. Het team wordt tijdens het seizoen nauwelijks beter en eindigt op ongeveer dezelfde plaats als vorig jaar.

Wij kunnen echt nog beter!

Dat het ook anders kan bewijzen de teams met een team-groeimindset. Deze teams geloven dat er groei zit in het team. Dat alle teanleden nog beter kunnen worden en vooral dat het team nog veel beter kan. Ook weten ze dat het nodig is om hard en gericht te trainen, zodat ze stap voor stap beter worden. Deze sporters komen dan ook naar de training om beter te worden én om elkaar beter te maken. En dat merk je. Het gaat ergens om. Er is energie en er worden weliswaar veel fouten gemaakt (omdat ze uitdagingen aangaan), maar het team maakt ook stappen. Het team wordt iedere maand, ieder seizoen beter. Ook dit is een self-fulfilling prophecy: we geloven dat we als team nog beter kunnen worden, en dat is precies wat er gebeurt.

Is dit te trainen?

Het goede nieuws is dat een team-groeimindset te ontwikkelen is. Hiervoor is het belangrijk dat je concrete doelen stelt met je team, dat je expliciet de vooruitgang monitort en dat je de juiste feedback geeft.

Stap 1

Stel concrete procesdoelen met/voor je team. Procesdoelen zijn doelen die zich richten op het verbeteren van een proces. Waarschijnlijk werk je al lang met procesdoelen, want dat zijn de dingen waar je iedere training op traint. Maar heb je ze concreet gemaakt voor je team en opgeschreven? Een voorbeeld van een procesdoel is het verbeteren van een bepaalde verdediging. In je trainingen besteed je hier wekelijks aandacht aan, met als doel dat het team deze in de wedstrijden steeds beter gaat uitvoeren. Probeer dit doel eens concreter te maken (meetbaar) en vertel dit aan je team. Het motiveert meer om te weten dat het team ‘een bepaalde rotatie in 4,5 seconden moet uitvoeren’ (ik zeg maar wat), dan dat het team ‘de rotatie moet verbeteren’.

Stap 2

Je wilt graag dat je sporters gretig worden. Dan helpt het om regelmatig de voortgang op de verschillende procesdoelen te evalueren. Ook al is het team maar één tiende sneller, dit terugkoppelen motiveert enorm. Het geeft het team de boodschap: we zijn beter geworden, trainen is zinvol, wij kunnen dit. Precies de team-groeimindset die je wilt hebben. Monitor je niet, krijgt het team geen feedback over de vooruitgang. Ze zullen elke keer minder gemotiveerd om die rotatie te trainen.

Stap 3

De meeste sporters ontvangen graag complimenten. Waar het ene compliment een groeimindset aanwakkert, bevorder je met het andere compliment juist een fixed mindset. Met andere woorden: wees je bewust van je feedback en geef vooral complimenten die bijdragen aan de groemindset van het team. Eigenlijk is het heel simpel: richt je feedback op inzet, doorzettingsvermogen een vooruitgang. Wanneer je merkt (of hebt gemeten) dat het team beter is geworden, koppel deze vooruitgang expliciet aan hun inzet: ‘Jongens, het is gelukt; jullie zijn weer sneller geworden. Goed gewerkt!’. Dit motiveert om in de volgende training opnieuw hard te werken. Én het draagt bij aan het geloof dat het team iedere dag beter kan worden. En zo kan je team zomaar ineens (……) hoger eindigen dan vorig seizoen!

Samengevat

  • Maak je procesdoelen zo concreet mogelijk en deel deze met het team.
  • Meet vaak de vooruitgang van het team en koppel deze direct terug.
  • Complimenteer vooruitgang en relateer dit aan inzet en doorzettingsvermogen.

Marjolein Torenbeek is Sportpsycholoog VSPN®. Ze houdt zich bezig met teamontwikkeling in de sport: teams helpen beter samen te werken en communiceren, voor meer synergie en betere teamprestaties. Ook begeleidt ze sporters in hun persoonlijke ontwikkeling en het leren omgaan met wedstrijddruk.