Spelen of trainen?

Hoe je kinderen motiveert

Het motiveren van kinderen en jongeren kan soms voelen als een vak apart. Sommige kids komen vooral naar de training voor de gezelligheid, anderen omdat papa en mama het belangrijk vinden. De ene week hebben ze er zin in, de volgende week zijn ze moe, rebels of ongeïnteresseerd. Hoe ga je daar als trainer mee om? Dit blijkt vooral lastig voor trainers die zelf overlopen van motivatie en enthousiasme voor hun sport. Het trainen/coachen van volwassenen voelt in dat opzicht vaak makkelijker, zij zijn er tenslotte omdat zij het zelf belangrijk of leuk vinden. Bij kinderen ligt dat wat ingewikkelder.

Wat is het doel van sporten?

Ben jij zo’n enthousiaste trainer die het moeilijk te begrijpen vindt wanneer kinderen of tieners niet bezig zijn met beter worden in de sport? Dan kan het helpen om goed te bedenken wat het doel van sporten voor deze doelgroep is. Het is namelijk vast niet je doel om deze jonge sporters op te leiden tot de beste voetballers, turners of klimmers. Door als trainer in je achterhoofd te houden wat het bewegingsdoel van je groep is, is het makkelijker de wisselvallige motivatie los te laten.

Aansturing en coördinatie

Sporten en bewegen op jonge leeftijd en tijdens de groei stimuleert het ontwikkelen van een goed lichaamsgevoel, coördinatie en de aansturing van het lichaam. Het doel voor deze kids is meestal niet om de allerbeste te worden, het doel is dat ze leren wanneer ze een spier wel of niet aanspannen, dat ze leren voelen waar hun lichaam zich in de ruimte bevindt en dat de connectie tussen lichaam en brein wordt gestimuleerd. Dat is natuurlijk niet waar kinderen zelf mee bezig zijn, maar dit is wel wat voor een groot deel van de jonge sporters het belangrijkste trainresultaat is.

Mindset ontwikkelen

Naast de connectie tussen lichaam en brein is de sportclub ook bij uitstek de plek om kinderen kennis te laten maken met een growth mindset (“Ik kan dit NOG niet”) en een mastery mindset (“Wat heb jij vandaag een goeie stap gezet”) in plaats van een fixed mindset (“Ik ben hier gewoon niet goed in”) of een resultaatgerichte mindset (“Ik heb de meeste doelpunten gemaakt”). Door als trainer de nadruk te leggen op het proces van leren, kleine stapjes zetten en het plezier van ontwikkeling, leren kinderen deze manier van denken, die toe te passen is in allerlei facetten van het leven.

Ook het vermogen tot zelfregulerend leren is iets wat kinderen en jongeren tijdens het sporten leren. Zelfregulerend leren gaat over het stellen van doelen, het bedenken en aanpassen van strategieën, en het monitoren van het proces. Kinderen leren zo te reflecteren op zichzelf, en leren hiermee een verantwoordelijkheid voor hun eigen leerproces te nemen.

Dit zijn belangrijke skills voor het leven, die bewust aangeleerd moeten worden. Een kind of tiener die gefrustreerd raakt van het maken van fouten kan ontzettend veel leren van een trainer die hem of haar helpt na te denken over welke strategie ze probeerden te gebruiken, en wat ze misschien anders kunnen doen.

Gamification

Het is goed om je te beseffen wat het doel van je training is, maar de vraag blijft staan: hoe hou je je groep erbij? Gamification is hier hét sleutelwoord. Gamificatie is erop gericht de kinderen te verleiden tot een bepaald gedrag, door bijvoorbeeld uitdaging of beloningen toe te voegen.

Gamificatie speelt vooral in op externe motivatie. Dat kan heel goed werken voor sporters die (even) niet of minder intern gemotiveerd zijn. Maak het leuk, voeg spelelementen toe om saaie oefeningen leuker te maken. Maak er een wedstrijdje van. Gamification zien we inmiddels overal, denk aan de taal-apps waar je een vlammetje te zien krijgt als je je streak volhoudt, en het snelheidsbord langs de kant van de weg dat in een smiley verandert als je je aan de snelheid houdt.

Binnen je training kan je denken aan het verdelen van je groep in twee teams. Het team dat aan het einde van de training de meeste punten, push-ups of goals heeft verzameld wint een prijsje. Dat kan iets kleins zijn, zoals een eervolle vermelding op het krijtbord bij de ingang. Zeker bij jongere kinderen werkt het ook heel goed om “gewone” spelletjes te incorporeren, denk bijvoorbeeld aan het “Commando” spel bij de warming-up!

Conclusie

Tieners en kinderen kunnen een lastige doelgroep zijn om mee te werken, vooral als je als coach zelf veel motivatie hebt om beter te worden in een sport. Door in je achterhoofd te houden dat de ontwikkeling van de lichamelijke aansturing en de juiste mindsets voor deze doelgroep belangrijker is dan het beter worden in de sport, kan je jezelf al een beetje helpen. Gebruik daarnaast gamificatie om je training zo entertaining mogelijk te maken, door doelen, uitdagingen en spelelementen toe te voegen.